Mede gestuurd door de wet- en regelgeving op het gebied van
hygiëne en infectiepreventie is er binnen de mondzorg een zeer groot gebruik van wegwerpproducten. Daarnaast is er een sterke tendens om de workflow handig en overzichtelijk te maken. Daarbij is het eenvoudiger om gebruikte producten weg te gooien dan herbruikbare producten te gebruiken. Deze producten worden tegen lage kosten in lagelonenlanden geproduceerd, eenmalig gebruikt en vervolgens weer weggegooid. Naast de CO2 uitstoot van productie en vervoer, creëert de verwerking van deze enorme stapel afval veel CO2.
Door de veelzijdigheid aan materiaaleigenschappen is plastic een prachtig en goedkoop product en heeft een grote vooruitgang gezorgd. Neem bijvoorbeeld de tandenborstel. Juist plastic heeft ervoor gezorgd dat de tandenborstel voor iedereen wereldwijd beschikbaar werd. Dit heeft voor een enorme verbetering van mondgezondheid gezorgd.
Echter is er in de loop der jaren meer en meer het besef gekomen dat de afvalkant van het gebruik van plastic nooit is meegenomen in zowel ontwerp en productie als kostenberekening van deze producten. Het kost plastic 400 jaar om af te breken in kleinere korreltjes plastic. Fabrikanten en overheden zijn al jaren bezig om oplossingen en maatregelen te bedenken om iets te doen aan deze afvalberg van plastic. Maar vooral de particuliere initiatieven hebben hier de aandacht voor gevraagd en gekregen. Denk met name aan de ‘Plasticsoup Foundation’. Afval krijgt door de huidige technologische ontwikkelingen, de ontstane of te verwachten schaarste aan grondstoffen en de toename van de vraag, steeds meer de status van opnieuw te gebruiken grondstof.
Er zijn al vele initiatieven om gebruikt plastic te verzamelen en als grondstof te gebruiken voor nieuwe producten. De manier van het scheiden van afval en dus het gedrag van de gebruiker/consument is daarbij erg belangrijk. Plastic kan alleen een mooie grondstof worden als er monostromen van eenzelfde soort materiaal gemaakt kunnen worden.
Binnen de mondzorg ontkomen we niet aan het gebruik van plastic. Dus hoe kunnen we nu op dit gebied milieuvriendelijker bezig zijn? De belangrijkste stap daarbij is minder gaan gebruiken en daar waar mogelijk toch herbruikbare materialen gaan gebruiken. Nieuw onderzoek moet uitwijzen of het toegenomen water en energiegebruik om deze instrumenten schoon te maken opweegt tegen de milieubelasting van verbranden. Maar de huidige inzichten stellen dat hergebruik minder belastend is.
Men is al in de jaren 90, van de vorige eeuw, op zoek gegaan naar plastics die wèl afgebroken kunnen worden en dezelfde materiaaleigenschappen van de niet-afbreekbare variant hebben. Inmiddels kennen we deze plastics als bioplastic of ‘
biobased plastics'. Bioplastic is gemaakt van planten zoals maïs, suikerriet of aardappels. De grondstoffen hebben eerder CO2 in zich opgenomen en dragen daarbij niet bij aan de uitstoot van CO2. Ook de productie van deze plastics stoot minder CO2 uit. Groot economisch voordeel voor bedrijven is overigens, minder afhankelijk te zijn van de wisselende olieprijs.
We zitten in een transitie naar een milieuvriendelijker gebruik en verwerking van producten. Grondstof schaarste en daarmee toenemende prijzen maar ook bewustwording van producten en gebruikers zijn elementen die deze transitie zullen blijven voeden. Het is van groot belang om als gebruiker de producent te blijven aansporen te streven naar een duurzame benadering.
‘Een duurzame wereld moet voorzien in de behoeften van het heden zonder het vermogen van toekomstige generaties om in hun eigen behoeften te voorzien in gevaar te brengen.’